Een goede planning maken is een complex proces, waarin verschillende mogelijkheden en alternatieven tegen elkaar worden afgewogen. Binnen dit proces kunnen vier fasen onderscheiden worden: (1) de voorbereidende fase, (2) de actieve fase, (3) de voortgangsfase en (4) de evaluatiefase.
Elke fase heeft een specifieke functie en in elke fase worden belangrijke beslissingen genomen, die ook van invloed kunnen zijn op de volgende fase. Voor de effectiviteit van de planning is het dus van belang dat de ene fase compleet is afgerond voordat aan de volgende wordt begonnen. De eerste twee fasen, de voorbereidende en actieve fase, vinden voorafgaand aan de feitelijke les plaats.
Tijdens de voorbereidende fase wordt een eerste plan uitgedacht en worden beslissingen genomen over en beslissingen genomen over de vormgeving en uitvoering van een les of groter tijdvak.
In de actieve fase worden de feitelijke hulpmiddelen en materialen verzameld die nodig zijn voor de les. En ook de definitieve lesplannen worden tijdens deze fase van het planningsproces geschreven.
De voortgangsfase treedt in werking tijdens het feitelijke lesgeven. Hiervoor moet de leerkracht snel kunnen schakelen om een plan dat niet werkt bij te stellen. Dit soort correcties is voor leerkrachten aan de orde van de dag. Vast blijven houden aan een plan dat leerlingen niet verder helpt, heeft namelijk een averechts effect.
De evaluatiefase is de laatste fase in het planningsproces. In deze fase beoordeel je je planning. De aantekeningen die je in dit stadium maakt kun je als praktische feedback gebruiken voor je volgende lessen. Het achteraf evalueren van gegeven lessen en complete lesdagen helpt je bovendien om een solide repertoire op te bouwen waar je in de toekomst uit kunt putten.
De belangrijkste kenmerken van de verschillende planningsfases zijn:
Overname van gegevens is met bronvermelding toegestaan.
© Nederlands Centrum Onderwijs & Jeugdzorg