Op basis van een groot aantal interviews onder leerlingen onderscheiden Rogers & Freiberg vier hoofdredenen waarom kinderen van school houden.
Kinderen houden van school, als:
Deze vier dimensies zijn ook de basis van een persoonsgerichte onderwijsvisie en pedagogisch klassenmanagement. Daarin zijn leerkrachten en leerlingen gezamenlijk verantwoordelijk voor de klas en kunnen daarin betekenisvolle relaties opbouwen. Persoonsgerichte klassen vergroten de motivatie van leerlingen. Het is een belangrijke basis voor sociale veiligheid in de school.
Onderwijzen draait om het opbouwen van relaties; je leerlingen kennen, ideeën en levenservaringen uitwisselen. Het opbouwen van relaties met leerlingen kan cruciaal zijn voor hun succes op school en voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Persoonsgerichte leerkrachten verruimen hun rol, moedigen aan, verplaatsen zich in de denkwereld van de leerlingen en faciliteren en verbinden het leren. Leerlingen krijgen de gelegenheid hun ideeën te uiten, zowel privé als in de groep.
Leerlingen willen voelen dat zij een persoonlijke band hebben met hun leerkracht, dat ze belangrijk zijn voor de leerkracht en gemist worden als ze afwezig zijn. Leerlingen willen 'erbij horen'. Gedeelde verantwoordelijkheid, met meer taken voor leerlingen in de klas, draagt hieraan bij. De leerlingen voelen zich sterker en de leraren hebben meer tijd om les te geven. En als leerlingen kansen krijgen om verantwoordelijk te zijn, doen ze meer hun best om te leren. Als zij slechts toeristen zijn in de klas in plaats van burgers, verliezen zij hun belangstelling voor het leren. Uit onderzoek blijkt dat de betrokkenheid bij school de enige schoolgerelateerde variabele is die risicogedrag vermindert.
Kinderen willen zich veilig voelen op school. Het WIJ-gevoel wordt versterkt als leerkrachten en leerlingen gedeelde normen vaststellen en onderling vertrouwen opbouwen in de klas. Als leerlingen zich veilig voelen, zijn ze beter in staat om creativiteit, intellectuele nieuwsgierigheid en hogere-orde-denken te tonen. Vrijheid en keuzemogelijkheden motiveren de leerlingen om actieve participanten te zijn in het leerproces. Het voeden van een positief klimaat stelt leerlingen in staat om risico's te nemen, vertrouwen op te bouwen en een sterk gemeenschapsgevoel te ontwikkelen.
Willen leerlingen zelfdiscipline ontwikkelen, dan moeten ze fouten mogen maken en daarvan leren. Zo kunnen ze sociaal en emotioneel groeien. Zelfdiscipline van leerlingen is gebaseerd op verantwoorde consequenties. Vaste consequenties bestraffen slechts het gedrag van de leerling. Bij verantwoorde consequenties reflecteren leerlingen op hun gedrag, overwegen alternatieven en bieden hun excuses aan. Dit getrapte proces bouwt zelfdiscipline op, waarmee ze in soortgelijke situaties betere beslissingen kunnen nemen. Zij leren verantwoordelijkheidsbesef, samenwerken, conflicten oplossen, hun eigen tijd indelen, relevante sociale en of leercontracten naleven en leerdoelen stellen. Dit is een noodzakelijk basis voor het meer complexe leren.
Overname van gegevens is met bronvermelding toegestaan.
© Nederlands Centrum Onderwijs & Jeugdzorg