Klassenmanagement voor leerkrachten in het primair onderwijs
KM

Programma's: Schoolwide Positive Behavior Support

(School-Wide) Positive Behavior Support (SWPBS) is een programma dat zich richt op het bevorderen van gewenst gedrag en het voorkomen van probleemgedrag van alle leerlingen binnen de school. Doel is een positieve, sociale omgeving te scheppen, die het leren bevordert en gedragsproblemen voorkomt.

Dit begint bij het gezamenlijk formuleren van de waarden die de school belangrijk vindt. Vervolgens benoemt het schoolteam het gedrag dat past bij deze waarden en leert het de kinderen actief aan. Adequaat gedrag wordt hierna systematisch positief bekrachtigd. Hiermee wordt een veilig en positief schoolklimaat gecreëerd, waarin elke leerling optimaal kan profiteren van het geboden onderwijs.

De kern van SWPBS is:

  • Schoolbrede aanpak vanuit gedeelde waarden, voor alle leerlingen en schoolmedewerkers
  • Basiswaarden van de school vertaald naar prosociaal gedrag
  • Veilige, positieve leeromgeving
  • Structurele bekrachtiging van gewenst gedrag
  • Duidelijke consequenties voor ongewenst gedrag
  • Gedragsregistratie en sturing op gedrag
  • Actieve samenwerking met de ouders
  • Jeugdzorg in de school
  • Begeleiding door SWPBS-coach
  • Borging door kwaliteitssysteem en onderzoek
Schoolbrede aanpak om succes op leer- en gedragsgebied bij leerlingen te bevorderen
Schoolbrede aanpak om succes op leer- en gedragsgebied bij leerlingen te bevorderen

PBS richt zich op drie niveaus van de school:

  1. het primaire interventieniveau voor alle leerlingen in alle schoolsituaties (85-92%)
  2. het secundaire interventieniveau voor groepjes leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben om gewenst gedrag te kunnen ontwikkelen (7-10%)
  3. het tertiaire interventieniveau voor enkele leerlingen die intensieve zorg voor gedrag nodig hebben (3-5%)

Basiselementen schaal 1-5 van PBS zijn:

  • Leerlingen moeten goed weten welk gedrag van hen wordt verwacht; door het gehele team geformuleerde gemeenschappelijke waarden en gedragsverwachtingen worden duidelijk benoemd en visueel gemaakt.
  • Gedrag wordt aangeleerd. Net als taal en rekenen wordt gedrag regelmatig geoefend en herhaald. Zo weten de leerlingen hoe het gedrag behorende bij de gedragsverwachtingen er concreet uitziet.
  • Gewenst gedrag wordt bekrachtigd met een beloningssysteem dat door alle medewerkers van de school wordt gebruikt, in alle ruimtes van de school. De aandacht voor ongewenst gedrag wordt minimaal gehouden. Teamleden werken actief aan een verhouding van 4:1. Dat betekent vier positieve bekrachtigers tegenover één correctie. Bekrachtigen gebeurt met name door het geven van complimenten gekoppeld aan gewenst gedrag.
  • Bij ongewenst gedrag volgt een duidelijke consequentie, waarover binnen de school eenduidigheid bestaat, zodat voor leerlingen en leerkrachten duidelijk is hoe die consequenties eruitzien.
  • Actieve samen werking tussen school, ouders en (jeugd)zorg wordt gestimuleerd, zodat ouders zelf het positieve gedrag van hun kind thuis kunnen stimuleren. Ook de tussen- en naschoolse opvang kan intensief bij het PBS-systeem betrokken worden, zodat er een doorgaande lijn in de aanpak van gedrag ontstaat.
  • Beslissingen worden genomen op basis van schoolbreed geregistreerde gegevens in een database over het gedrag van alle leerlingen. Dat biedt scholen zicht op waar, wanneer, hoe laat en bij wie gedragsincidenten plaatsvinden.

Om met PBS te kunnen werken moet een school een uitgebreid implementatietraject van minimaal drie jaar volgen, onder begeleiding van een PBS-coach en een PBS-team binnen de school.
Het eerste invoeringsjaar richt zich op het schoolbrede niveau. Het tweede jaar op het niveau van de groep en het derde jaar op het niveau van de individuele leerling en de samenwerking met ouders en zorg.

Beoordeling programma volgens principes integraal klassenmanagementScores op elementen schaal 1-5
1.van fragmentarisch naar integraal; organisatie, instructie, gedragScore element 1: 5
2.van instrumenteel naar persoonsgecentreerdScore element 2: 3
3.van disciplinering naar zelfsturingScore element 3: 3
4.van interventies naar preventieScore element 4: 3
5.van 'toerist' naar 'burger'Score element 5: 2
6.van focus op het kind naar een lerende schoolgemeenschapScore element 6: 5
7.van éénrichtingsverkeer (overdracht) naar interactief lerenScore element 7: 3
8.van leerkrachtgecentreerd naar gezamenlijke verantwoordelijkheidScore element 8: 4
9.van het kind als probleem naar de leerkracht doet ertoeScore element 9: 4
10.van incidentbestrijding naar doelgericht cyclisch werkenScore element 10: 4

Meer informatie:
Expertisecentrum Schoolwide Positive Behavior Support

Overname van gegevens is met bronvermelding toegestaan.
© Nederlands Centrum Onderwijs & Jeugdzorg